RAMDAM - Een felle demarrage op twee kilometer van de aankomst fnuikte de winstkansen voor alle tegenstanders. Er stond wederom geen maat op übermensch Fabian Cancellara die een twee kilometer tijdritje van beneden de twee minuten uit zijn kuiten schudde en de anderen declasseerde.
De armen gingen de lucht in, hij trapte niet eens meer. Hij keek nog eens om, hij lachte. De anderen beten hun kiezen stuk op het stuur, vermaalden stuurlint en syskabels van ergernis maar kwamen te laat. Een sterk BE kon niet afronden, een knappe prestatie van RVL man Pozzato ten spijt.
Freire, top favoriet, sprintte niet voor de zege en vond het wel best. Hushovd (ook MFU) vond het al lang prima. Zij zijn namen in de marge, in de kantlijn van de koers. Geklopten, dode katten. Grijs, miserabel, woest van in woede gekeerde onmacht. Wat onderscheidt een man van geesten? Dé vlucht, hét moment.
Het was laat in de middag, 22 maart 2008, stille zaterdag. Het was Milano - Sanremo. De Poggio lag achter ons. Een renner lag in de berm, verdwaasd. Waar ben ik? Leef ik nog. Slowmotion.
Een groep is weg, ze zijn op weg naar eeuwige roem. Allen dromen van de winst, allen hebben hun leven geofferd om hier te zijn. Niets anders telt nu, behalve deze kilometers aan zestig per uur, flitsend als een stroboscoop de wegmarkering onder hun carbonnen wielen. Slower motion. Een telegraaf. Biep. Biep. Inigo Landaluze. Rotjes zijn explosiever.
Een moment vertwijfeling. En dan. En dan. En nu. Een still, een caption vergeeld perkament. Een dag uit het leven, een eeuwigheid. Hét moment. De beslissing. Vandaag win ík en de rest kan mij de kloten kussen.
Honderd kiloton TNT in twee kuiten geperst komt tot ontploffing. Landaluze verdwijnt in de stofwolk, als de coyote in een roadrunner filmpje. Zouden wij er oren voor hebben, dan zouden wij een geluidloos miep miep hebben kunnen horen, ontsnapt aan de cervélo.
De groep ziet hem vertrekken, ze willen bijten. Ze willen aan zijn manen hangen, in zijn kleren kruipen, man zíjn. Maar hun wil verbleekt in de schaduw van zijn dijen, die de waterige voorjaarszon verbleekt, een lange schaduw werpt in hun bestaan. De schaduw wordt dieper. En dieper. En dieper tot het zwartste zwart verdwenen is, aan de horizon, achter een chicane waar de finish ligt.
Hij is Fabian Cancellara en hij rijst op uit de duisternis, zijn hoofd omkroond met bliksem schichten. De rest zijn titanen, Cancellara is Zeus.
1. SUI CANCELLARA Fabian MFU 275
2. ITA POZZATO Filippo RVL 03" 180
3. BEL GILBERT Philippe BE 03" 145
4. ITA REBELLIN Davide KTT 03" 132
5. ITA LORENZETTO Mirco TTV 120
6. FRA GESLIN Anthony TCV 108
7. ITA NOCENTINI Rinaldo BE 96
8. ESP FREIRE GOMEZ Oscar TCV 85
9. NOR HUSHOVD Thor MFU 74
10. NOR ARVESEN Kurt-Asle MM 63
11. ITA BERTOLINI Alessandro MM 05" 55
12. ITA GASPAROTTO Enrico MM 05" 49
13. ITA ILLIANO Raffaele (-) 08" 44
14. ESP LANDALUZE INTXAURRAGA Inigo (-) 11" 39
15. ITA PELLIZOTTI Franco (RVL) 12" 34
16. ITA BALLAN Alessandro (TCV) 13" 31
17. GER ZABEL Erik (TTV) 14" 28
18. ITA PETACCHI Alessandro (HR!) 14" 25
19. AUS COOKE Baden (PFC) 14" 22
20. BEL NUYENS Nick (RF!) 14" 20
zaterdag 22 maart 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Mooi stuk, kaas!
Een reactie posten